NL-CBI services
Voorheen AKI services en Stoomwezen BV.
Veilig gebruik en onderhoud van drukapparatuur in Nederland.
Drukhoudende installaties en apparaten en hun appendage en installatie piping, samengevat drukapparatuur genoemd, moet al sinds eind 19e eeuw aan bepaalde regels en wetgeving voldoen. In Nederland is dat jarenlang geregeld geweest in de Stoomwet en de Milieuwet. De technische regels waren vastgelegd in de Regels voor Toestellen onder Druk (RToD). De regelgevende en toezichthoudende instantie van de Nederlandse overheid hiervoor was de Dienst voor het Stoomwezen.
In de jaren tachtig en negentig van de 20e eeuw kwam er vanuit de Europese Unie onder meer nieuwe regelgeving (Directives genaamd; vertaald als Richtlijnen) voor de veiligheid van producten, van onder andere drukapparatuur (de Richtlijn Drukapparatuur; Pressure Equipment Directive – PED; de Richtlijn voor Simpele Drukvaten, Simpel Pressure Vessel Directive – SPVD; de Richtlijn voor Transportabele Drukapparatuur, Transportable Pressure Equipment Directive– TPED). Hiermee werd de nieuwbouw van drukapparatuur voortaan op Europees niveau geregeld.
Binnen Nederland is de overheid vervolgens conform deze EU-regelgeving de nationale wetgeving voor het in gebruik nemen van drukapparatuur en de gebruiksfase gaan aanpassen. Al deze nieuwe regelgeving is momenteel samengevoegd in het Warenwetbesluit Drukapparatuur (WBDA). Het toezicht op naleving van het WBDA gebeurt door een NL Conformiteitsbeoordelingsinstantie (NL-CBI), voorheen AKI. Een NL-CBI wordt aangewezen door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). Om aangewezen te worden moet de NL-CBI aantoonbaar kennis en kunde in huis hebben van drukapparatuur en een kwaliteitssysteem volgens ISO 17020 laten accrediteren door de Raad voor Accreditatie (RvA).
Stoomwezen B.V.
LRQA heeft in 1994 het toen inmiddels geprivatiseerde Stoomwezen B.V. gekocht van de Nederlandse overheid. Stoomwezen B.V. heeft substantieel meegeholpen om het WBDA en de uitvoering en het toezicht hierop vorm te geven. Door de gecombineerde historie van LRQA, dat al sinds de introductie van stoomketels op stoomschepen en in de industrie een van de meest gerenommeerde deskundigen was op het gebied van drukapparatuur, en Stoomwezen, is LRQA in Nederland de oudste en meest ervaren NL-CBI in de markt. Vrijwel alle grote drukhoudende installaties in Nederland, of het nu gaat om raffinaderijen, offshore platforms, chemische fabrieken, elektriciteitscentrales of andere proces industrieën, maar ook bv. sterilisatie ketels of ketelhuizen in ziekenhuizen en stoomketels van stomerijen, zijn ooit gebouwd onder toezicht van het Stoomwezen. Daarom is LRQA bij uitstek de partij die de kennis en ervaring heeft om toe te zien op veilig gebruik en onderhoud van drukapparatuur in Nederland. En nog steeds zijn wij verreweg de grootste NL-CBI, zowel in de nieuwbouw als ook in de gebruiksfase. Onze database van drukapparatuur omvat vrijwel het gehele Nederlandse drukapparatuur park en onze surveyors hebben vaak al decennia lang toezicht gehouden op de veiligheid van de installaties.
Toezicht door NL-CBI
Het toezicht door de NL-CBI kan op verschillende manieren plaats vinden. Een bedrijf dient zijn apparatuur vóór ingebruikneming te laten keuren door een NL-CBI, men verkrijgt een Verklaring voor Ingebruikneming (VvI). Vervolgens moet de apparatuur regelmatig hergekeurd worden.
Een gebruiker kan zijn apparatuur ter keuring van een NL-CBI aanbieden, welke bij positief resultaat dan een nieuwe Verklaring van Herkeuring afgeeft (VvH). Bij reparaties en wijzigingen wordt middels beoordeling van het ontwerp (bij bv. een wijziging) en inspectie en herkeuring van het apparaat een nieuw VvH uitgereikt.
Inspectieafdeling van Gebruikers (IVG) en NL-Keuringsdienst van Gebruikers (KVG)
Maar grote gebruikers, die veel drukapparatuur in hun installaties hebben, kunnen ook een zogenaamde “Inspectieafdeling van Gebruikers” (IVG) opzetten, welke dan zelf en onder toezicht van een, speciaal daarvoor aangewezen, Toezichthoudende NL-CBI hun apparatuur mogen keuren. De eisen die aan een IVG worden gesteld zijn hoog: zo moet een IVG voldoende aantonen onafhankelijk van andere afdelingen van het bedrijf te werken en de macht te hebben om in te grijpen wanneer dat nodig is. Het toezicht van een NL-CBI op een IVG bestaat uit een combinatie van audits op het kwaliteitssysteem van de IVG en een bepaald percentage controle inspecties (minimaal 10% van alle inspecties door de IVG). LRQA is sinds het begin van het van kracht worden van de wetgeving die IVG ’s mogelijk maakt, de NL-CBI geweest die toezicht houdt op de IVG’s en nog steeds zijn bijna alle IVG’s onze klanten.
Ten slotte kan een grote gebruiker er voor kiezen geheel zelfstandig en zonder NL-CBI zijn apparaten te keuren. Dan moet er een “NL-Keuringsdienst van Gebruikers” (NL-KVG) worden opgezet. De eisen aan de NL-KVG zijn nog veel hoger dan die voor een IVG en de NL-KVG moet ook net als een NL-CBI door de RvA geaccrediteerd zijn en door het ministerie van SZW aangewezen. Daarnaast zijn er nog steeds bepaalde keuringen die niet door een NL-KVG mogen worden gedaan en waarvoor alsnog een NL-CBI moet worden ingeschakeld.